Pagina's

woensdag 31 oktober 2018

Wildfire



De heks en de vampier

In een land ver hier vandaan leefde eens een speciale heks. Zoals bekend kunnen heksen bijzondere dingen doen met water, vuur, lucht en aarde. En deze heks deed dat op haar eigen theatrale manier. Met veel kleur, effecten en bombarie. Ze zong er zelfs soms een lied bij.

Hoog in het noorden boven een brede woeste rivier stond haar huis en ketel. In een uitgestrekt kaal landschap, tussen vreemde dieren en karikaturen. De flamboyante heks was een opvallende verschijning tussen de rest. Ze was er thuis maar toch daalde haar gedachten regelmatig af naar over de rivier. Hoe zou het daar zijn? vroeg ze zich af. Maar ze kon er niet naar toe, de rivier was breed en vol met gevaar.

Ze had al vaak aan de oever gestaan maar nooit een stap in het water gezet. Met haar krachten kon ze de aarde laten bewegen, de wind laten blazen, een ijsschots maken en deze net zo hard weer laten smelten. Van alles had ze al geprobeerd, met spreuken en woeste flitsen, het lukte haar echter niet om aan de overkant te geraken.

In het zuiden was de grote stad, een smeltpot van allerlei in vorm en kleur. De koele vampier woonde er, onopvallend tussen al dat gespuis. Hij vloog verveeld in het rond, flapperde hier, beet wat daar en voor zonsopkomst terug naar zijn vertrouwde honk. Zo vulden hij zijn nachten. Want overdag sliep hij in het donker, zonlicht kon hij namelijk niet verdragen.
Vlak voor zonsopkomst wierp hij altijd nog een laatste blik over de rivier. Zag flitsen aan de horizon, fantastische kleuren, een waar spektakel. Hij wist niet wat het was, maar het kleurden zijn grijze bestaan in de lange nachten.

De heks vond de nacht maar niks, ze stond aan de oever van de rivier te wachten totdat de zon weer zou gaan schijnen. Ineens besloot ze het eens te wagen en deed een ferme stap de rivier in. Gelijk bewoog er wat onder haar voeten, het water begon te kolken en te woelen, een watermonster greep haar stevig vast. In paniek schreeuwden de heks spreuken, schoot flitsen af, maar het monster gaf niet op. 

De vampier hoorde wat, nieuwsgierig stelden hij zijn sonar scherp en zag het gevecht daar in de verte. Hun blikken kruisden en hij bedacht zich geen moment, hij sprong en vloog er razendsnel op af. Ondanks zijn kleine vleugels wist hij haar te bereiken, beet het monster hard in zijn staart die daardoor verschikt verdween in de donkere diepte. Met zijn laatste krachten trok hij de heks op de oever en viel vervolgens in een diepe slaap.

De heks was hem dankbaar, maar begreep ook dat de zon zo weer op zou komen en hij daar niet kon blijven. Gauw bouwde ze een aarde wal, vroor een vlot en legde de vampier in het midden. Ze haalde diep adem en blies zo hard als ze kon het vlot richting de stad. Vlak voor de oever van de stad deden de eerste zonnestralen het vlot smelten, de vampier schrok wakker en wist zijn veilige huis net op tijd te bereiken. Wat een avontuur dacht ie, voor zo'n grijze muis als ik.

Vanaf toen liet de heks de maan iedere maand vol licht schijnen. De vampier keek voorzichtig toe door een smalle kier, genietend van alle kleuren. Het was een bijzondere ontmoeting, en vast niet de laatste keer.


maandag 10 september 2018

Ro-trip Enschede



De stad uit en helemaal de A1 af richting oost, en dan kom je uit in Enschede. Ik had wederom mijn pijlen gericht op een stadscamping. In het naseizoen lekker rustig en ditmaal van alles voorzien. Winkeltje, restaurant, verwarmd buitenbad en een vis- en eendenvijver. Had ik de kleine lettertjes gelezen dan wist ik dat ook huisdieren waren toegestaan. Maar het communiceren met de stugge campingboer hield sowieso al niet over.

En zo was het een vrolijke beestenboel, nu eens geen lama's of geitjes maar honden in alle soorten en maten – en jeetje wat moeten die vaak schijten. De achter buurman had zijn valkparkiet en papegaai meegenomen. Beetje jammer dat ie zelf de hele dag zat voor te fluiten. De eenden fungeerde vooral als alternatieve grasmaaiers en daarnaast zatten ze je tijdens elke maaltijd schaapachtig aan te kijken. 


S'nacht was er een verkouden uil actief, of zou buur ook een neusfluit bezitten. De eenden lachten de nacht door en het stadsverkeer houdt niet op. Daarnaast liep ik tegen een ander fenomeen aan, stadscampings herbergen semi permanenten bewoners. Het type met als signatuur: foute auto, foute hond, foute vrouw. Zelfs de broodjes werden al rokend met de auto gehaald. 



De stad is bijna net zo groot als Haarlem, maar maakt een bescheiden indruk. Daar waar Haarlem een open museum is blijkt Enschede gewoon een stad ergens in den lande. Althans nog net aan want mijn tentharing stond bijna in Duitsland. Moest zelfs met de DB naar het centrum treinen. Overigens gewoon op mijn OV kaart. Uiteraard ook even naar de wijk Roombeek geweest, die in 2000 verwoest werd door de vuurwerkramp.


Ik was vooral voor het (vraag mij in godsnaam niet waar de letters voor staan) GOGBOT festival gekomen, dat midden in het centrum plaatsvond. Geïnitieerd door de Universiteit van Twente, die je ten westen van de stad vind. Kunst, techniek en wetenschap, de grens tussen mens en machine, het Frankenstein dilemma dus. Erg boeiend en mooi om te zien hoe de studenten er mee aan de slag waren gegaan.



Vette robotbeat, nerds die spelen met bliksem en vuur, games, VR brillen en vage kunst kwamen aan bod. En alweer een DeLorean, dat ding blijft maar terugkomen. O ja daar is het natuurlijk een tijdmachine voor. Volgens mij zag ik zelfs een autist op klompen dansen. En zo versmolt oost en west tot een orgie van vuur en vlam en psychedelische kunst. Boeiend om te zien en te beleven. 



Terug op de camping nam ik er nog maar eens een plaatselijk geaard Grolsch biertje op. Om net als Frankenstein weer op te laden op wat gaat komen. Noa jung, dar gaon je, proost.

maandag 20 augustus 2018

Ro-trip Deventer


Ergens hoge verwachtingen van hebben is een risico, en behaalde resultaten uit het verleden zijn geen garantie voor... laat mijn ervaring jou er niet van weerhouden om Deventer te bezoeken. Het is een mooie historische stad aan een flinke rivier.

Ik had vooral heel veel zin in de stadscamping aan de overkant van de IJssel. Met het pontje over zo de oude stad in. Een beetje een vrijgevochten camping, zonder noodzaak van reserveren. En gelukkig maar…

Franse toestanden, hutje aan mutje, auto's op het veld, een warboel grenzend aan een park waar vage Dickens figuren rondhingen. En het pontje vanwege de lage waterstand uit de vaart. Ik had het snel gezien, dit gaan we niet doen. 


Google bood uitkomst voor een minicamping net buiten de stad, en Tom loodste mij er feilloos heen. Zonder zou deze boerencamping tussen de graanvelden, aan het eind van een doodlopende weg, onvindbaar zijn geweest. Klein nadeel, om tien uur ging het licht uit en alle anwb stelletjes naar bed. Maar verder een overzichtelijk no-nonsense verzorgde camping. En niet onbelangrijk, een ns station in de buurt. Eén halte verwijderd van Deventer.

 



In het centrum was volop vertier, op het hoofdplein waren oud-Hollan… - o nee die kennen ze natuurlijk niet in Overijssel - spelen aan de gang, muziek en een rondleiding in de oude Waag. Deventer is namelijk 1250 jaar oud. Een Hanzestad. Nou weet ik niet of je daar nou zo trots op moet zijn, het concept was namelijk gewoon een keiharde kartelvorming van handelaren die met moord en doodslag hun belangen verdedigden.
Deventer schijnt bekend te staan om zijn Boek en Koek. Dat boek heb ik niet kunnen vinden, en van de koek is het recept al 600 jaar oud. Een bestseller dus. Vast niet vanwege de smaak maar omdat je er waarschijnlijk van alles en nog wat mee kan repareren. Van scheepsbodem tot gebit, het kleeft flink.


De vvv oppert Deventer als 'leukste winkelstad', 'mooiste plein' etc etcetera …waar heb ik dat eerder gehoord, en de slogan is ook niet bijster origineel.



Nou niet zo zeuren Ro, heb je ook iets leuks te melden? …het oude havenkwartier is aan het verhippen, rond het oude centrum zijn veel nieuwe woonwijken gebouwd, der zit opvallend veel bedrijvigheid in de nabijheid. En ik kwam regelmatig hele moderne bouwsels tegen die prima waren ingepast. Neem het Stadhuis, een prachtig gedurfd ontwerp midden in het historisch centrum. Hier wonen mensen die het oude koesteren maar niet bang zijn als de prijs juist is, om iets nieuws te proberen.

De account manager van de stad – de venter anno nu – weet de stad blijkbaar achter de schermen goed te verkopen, nou enkel nog een goede leus verzinnen en dan kan ie zo weer de markt op.

woensdag 25 juli 2018

Ro-trip Lelystad


Al jaren had ik een stille wens om eens te koekeloeren bij het Rijvaardigheidscircuit van de ANWB Lelystad. Mocht mijn instructieleven ooit nog eens minder spannend worden kan ik wellicht altijd nog gaan slippen, racen of achteruit knoeien met caravans. Te laat, het centrum is niet meer, althans overgenomen door een zakenman. Vandaag de dag was het er erg stil, enkel de technisch beheerder – in een oud ANWB shirt, want ja die moest eerst op – was aanwezig. Een stevige handdruk en een kop koffie deed mijn droom voorlopig verdampen.

  
Lelystad is een jonge stad vernoemd naar Ir. Cornelis Lely – je weet wel die vent die noest dijken liet bouwen en waardoor het water ons niet tot de lippen stijgt. De stad is opgezet in de geest van de grote stedelijke vernieuwing, lekker ruim met een matrix van meerbaanswegen, voorgekauwde rotondes, fietsbruggen en veel groen. Ondoenlijk om het te belopen, dus voor van alles en nog wat pak je maar weer de auto. Alles lijkt op elkaar, huizen met tuin rondom zal vast prettig zijn voor de bewoners …maar allejezus, wat saai. Het lijkt Amstelveen wel maar dan enkel voor de gewone man en vrouw.


Ze doen hun best om het ergens op te laten lijken, een kekke naam voor de camping (Suydersee), wat exotische dieren (lama's of alpacca's – zonder bult in ieder geval) en een houten schuit (De Batavia) aan de kade. Maar toch mis ik heel erg een historisch besef. Kreeg vooral visioenen van Center Parcs en Disney, zeker na mijn bezoek aan de plaatselijke outlet. Waar je overigens door de hitte die dag (30º) een kanon kon afschieten.

 

Op en rond het vliegveld werd volop gebouwd, de logistieke blokken schieten als paddestoelen uit de grond. Dat beloofd wat voor de werkgelegenheid in dit gebied. Dat zit wel snor. Nog even wezen kwijlen bij Donkervoort, een geinig karretje – zouden ze ook een XL hebben voor lange mannen –  waar je professioneel mee kan slippen en driften op de openbare weg. Vooral blijven dromen Ro.


Ben maar driftig begonnen in het boek 'De acht bergen' van Paola Cognetti. Gaat over de zoektocht naar vriendschap, geluk, natuur, het lot, de liefde en de dood. Je moet toch wat als je pak en beet 5 meter onder de zeespiegel zit in een aangeharkt en op de tekentafel bedacht park.



Twee dagen later spullen gepakt en via de poepende man (vast moderne kunst) over de dijk, met links en rechts het IJsselmeer, in mijn prototype Ferrari naar Enkhuizen gecruised.



maandag 9 juli 2018

Ro-trip Hilversum

"Ranke vrouwen zijn het, balletdanseressen waar overal elders schonkige Russische gewichthefsters de bedrading tillen. Nee, gedichten in het landschap, vormen die zowel functioneel als bloedmooi zijn" –  Gedicht van Felix Wilbrink.

Traject Hilversum - Utrecht

Had zondag een BBQ met de vrijwilligersclub van Promotor - althans het werd een buffet, in ieder geval drank en food en volop zon dus stemming opperbest. Gelijk maar een citytrip Hilversum er aangekoppeld, en een camping in de buurt geboekt. Blijf het wonderlijk vinden, je valt drie keer om en amper 30 km verderop waan je je in een ander land. Zo divers als postzegel Nederland kan zijn. 


Een camping gevonden in de buurt van een 'oude' kazerne, misschien dat hier de laatste restanten van onze strijdkrachten is gelegerd - waar ik nog steeds buitengewoon verlof voor heb. Als ik de media mag geloven rest er van ons leger nog slechts één bataljon en drie voertuigen. Als er niks stuk is kunnen ze nog net een colonne vormen. 


Parkeerterrein gevonden en ingekwartierd op een open plek in het bos. Solid ground en veel naaldbomen. Tsja ik ben als stadsjong vooral duin en polder gewend. Bij ons struikel je over de zeehonden en konijnen, maar in een bos zijn het vooral vogels en insecten. In mijn ochtendroes dacht ik even mitrailleur geroffel te horen, het bleek echter een specht met Hornbach allure, druk bezig met zijn project.


Ander gebrom kwam van de overburen, er bleek namelijk een vliegschool naast de kazerne te zitten. En zondagochtend 9:00 uur gaan ze stipt van start. Ach ja Schiphol ligt in mijn werkgebied, deze éénpitters klonken bijna gezellig. Wie weet zoek ik het nog eens hogerop, volgens de poster kan je voor 449,- al parachutist worden. 

Met de trein naar het centrum, Hilversum is namelijk best wijds en lommerrijk opgezet. Wisten jullie dat we ooit een staalschaarste hebben gekend. Vandaar dat dit spoortracé voor de bovenleidingen is voorzien van prachtige Gotische betonnen bogen. Cement werd overigens al door de Romeinen gebruikt als bouwmateriaal voor hun Empire.


In mediapark ben ik al vaker geweest, dus die heb ik ditmaal links laten liggen. In het centrum was meer dan de helft dicht – toch handig zo'n koopzondag – en zag veel 'te huur' borden. Zou de nieuwe tijd ook hier hebben toegeslagen? In de wijken zelf vind je interessante architectuur van Dudok, zijn geboortegrond. Een gebouwtje hier, een geinige lantaarn daar. Dudok ken ik van het gemeentehuis van IJmuiden en het hoofdgebouw van de hoogovens. Het sperrgebiet is volgebouwd met zijn klassiekers. Strakke lijnen en dunne stalen raampartijen.


In plaats van de rondleiding en de klim in de toren heb ik vooral de buitenkant aanschouwd. En om eerlijk te zijn ging die mij steeds meer tegenstaan. Vind dat het gebouw er eigenlijk best wel eng uitziet, met die bombastische toren en een aan het superieur grenzende ordening. Misschien zijn het nog invloeden van de oude Romeinen, die hier vast ook een fort hadden.


Gelukkig vond ik ook nog iets met karakter: iemand had een ontwerp van Dudok eigenhandig aangepast aan de bosrijke omgeving. Het zou zomaar eens die dwarse specht van vanmorgen kunnen zijn.